donderdag 5 augustus 2021

In dienst van Stad en Staat: Piet Gerbenzon

In dienst van Stad en Staat: Piet Gerbenzon

Dit artikel is het veertiende uit een serie over burgers die zich inzetten voor militaire taken en gaat over de dienstplicht, schutterijen en het reguliere leger. De discussie over de dienstplicht is nu weliswaar minder, maar nooit helemaal weg geweest en gezien het personeelstekort in het leger ook nu actueel. Het is nuttig om dit fenomeen in historisch perspectief te plaatsen. Sommigen hebben de dienstplicht ondergaan maar er zijn ook mensen vrijwillig het leger ingegaan, waarbij "het leger" een rekbaar begrip is. Ook milities, schutterijen en andere paramilitaire organisaties komen aan de orde. Met de beschrijving van de lotgevallen van deze mannen zie je tegelijkertijd een verschuiving van de loyaliteit jegens de stad naar loyaliteit jegens de staat.

Dit veertiende artikel gaat over ingenieur Piet Gerbenzon. Hij is geboren op 9 april 1918 en overleden op 29 mei 1979. Op 30 maart 1944 is hij in Eindhoven getrouwd met Anna Toxopeus.


Afbeelding 1 Piet (links) in uniform van het leger, naast zijn zus Jitske, broer Dirk en broer Andries

In 1947 woonden ze in de Ypeystraat 56 in Leeuwarden. Later hebben ze aan de Spanjaardslaan gewoond, nummer 82, in het pand waar eerder zijn opa, Pieter Gerbenzon, had gewoond. Kennelijk las zijn vrouw de Libelle, want ze won van dat blad in 1955 een taart.



Afbeelding 2 Registratie in het geboorteregister


Afbeelding 3 Huwelijksakte van Piet Gerbenzon

Hij was hoofd van de afdeling werktuigkunde en warmtetechniek van het Eerstaanwezendschap der Genie te Groningen. 

Piet heeft een tijdje in Amsterdam gewoond en werkte toen bij een vliegtuigfabriek.


Afbeelding 4 Kaart van het bevolkingsregister van de Gemeente Amsterdam

De Genie

De Genie is het onderdeel van de landmacht dat militaire werken ontwerpt, bouwt en onderhoudt en dat methoden ontwikkelt en zo nodig toepast om vijandige verdedigingswerken te slechten. Bij militaire werken moet men niet alleen aan vestingwerken en fortificaties denken. Ook de inundatie van laag gelegen gebieden behoort tot de taken der Genie. De dienst der Genie is ontstaan uit de dienst der Fortificatiën die in 1688 werd opgericht en onder de leiding werd geplaatst van een ingenieur-generaal der fortificatiën (later directeur-generaal). Als zodanig voerde hij eind zeventiende eeuw het bevel over zo'n zestig ingenieurs. Vanaf 1713 werden in alle vestingen ingenieurs benoemd. Zij werden belast met het onderhoud, de aanleg en de inspectie van de vestingwerken. In grote vestingen, waar meerdere ingenieurs werden gelegerd, werd de oudste in rang 'eerstaanwezend' ingenieur. Een jaar later werden deze eerstaanwezendschappen samengevoegd tot departementen, waarover directeuren het bevel voerden. In 1740 werd de Dienst der fortificatiën omgedoopt tot Korps ingenieurs, in 1806 tot Korps der genie. Na de Franse inlijving in 1810 werd het Korps opgeheven maar in 1814 volgde onder Willem I de heroprichting van het Korps Ingenieurs der Genie.

Eerstaanwezend ingenieur

In 1849 werden de bestaande directies van fortificatiën in het kader van bezuinigingen opgeheven. Daarvoor in de plaats kwamen twee Inspecties van fortificatiën.

Binnen elke directie werden de diverse vestigingen geplaatst onder toezicht van een officier uit het Korps der genie: de eerstaanwezend ingenieur. In tijden van vrede was deze belast met het toezicht op alle werkzaamheden met betrekking tot de fortificatiën en militaire gebouwen van zijn vesting. Daartoe werd ook gerekend het toezicht op de bijbehorende inundatiewerken (sluizen, kokers, heulen en waterkeringen).

Elke officier die met de zorg van een vesting werd belast, moest binnen drie maanden na zijn aankomst een plan van aanval en verdediging te ontwerpen. Voorts had hij het toezicht op alle bouw-, meet- en karteringsactiviteiten in de zogenaamde verboden kringen: die delen van het terrein waar dergelijke activiteiten het zicht en het schootsveld nadelig konden beïnvloedden of spionage konden vereenvoudigen. Ook moest hij de onder zijn gezag staande rijks eigendommen behoeden voor plundering en andere ongeregeldheden.

In tijden van oorlog had de EAI zitting in de Raad van defensie van zijn vesting. Alleen met zijn instemming mocht tot overgave van de vesting worden besloten. Ingeval van orders tot inundatie, was de EAI met de uitvoering belast. Al het daartoe benodigde materieel, zoals sluizen en kokers, viel direct onder zijn verantwoordelijkheid. Ten tijde van een belegering diende hij een gedetailleerd journaal bij te houden waarin hij aantekening hield van de ontvangen orders, de door hem aangewende middelen tot defensie en de voorvallen die bij de belegering plaatsvonden. 


Afbeelding 5 Overlijdensadvertentie van Piet Gerbenzon

Geraadpleegde literatuur en bronnen:

- www.archieven.nl (Regionaal Historisch Centrum Eindhoven)

- https://www.meertens.knaw.nl/nfb/vt47.php?naam=Toxopeus%20(%C3%A9)%20(%C3%BC)

- De libelle; geïllustreerd weekblad voor de vrouw, jrg 22, 1955, no. 30, 23-07-1955

maandag 2 augustus 2021

In dienst van Stad en Staat: Meindert Gerbenzon

In dienst van Stad en Staat: Meindert Gerbenzon

Dit artikel is het vijftiende uit een serie over burgers die zich inzetten voor militaire taken en gaat over de dienstplicht, schutterijen en het reguliere leger. De discussie over de dienstplicht is nu weliswaar minder, maar nooit helemaal weg geweest en gezien het personeelstekort in het leger ook nu actueel. Het is nuttig om dit fenomeen in historisch perspectief te plaatsen. Sommigen hebben de dienstplicht ondergaan maar er zijn ook mensen vrijwillig het leger ingegaan, waarbij "het leger" een rekbaar begrip is. Ook milities, schutterijen en andere paramilitaire organisaties komen aan de orde. Met de beschrijving van de lotgevallen van deze mannen zie je tegelijkertijd een verschuiving van de loyaliteit jegens de stad naar loyaliteit jegens de staat.

Dit vijftiende artikel gaat over Meindert Gerbenzon. Hij is de zoon van Meine Gerbenzon, geboren op 15 maart 1926, overleden op 6 oktober 1991. Hij was als dienstplichtige richting Indië vertrokken. 

Hij was in 1946 eerste voorzitter bij de Leeuwarder Technische Vereeniging (L.T.V.). In september 1948 was hij al dienstplichtig militair, zo blijkt uit een advertentie in de Leeuwarder Courant: hij was zijn koppel kennelijk verloren.



Afbeelding 1 Advertentie in Leeuwarder Courant van 14 september 1946 waarin hij vraagt om terug bezorging van een koppelriem

Meindert zat als dienstplichtig militair bij het 426e bataljon infanterie. Op 27 januari 1949 verscheen er een advertentie in de Drentsche en Asser Courant waarin hij vroeg om sportmateriaal. Hij was inmiddels vaandrig.


Afbeelding 2 Oproep in de Drentsche en Asser Courant

Hij vertrok op 17 maart 1949 met de Zuiderkruis naar Indonesië. Vlak daarvoor was hij getrouws met Mieke de Vries.



Afbeelding 3 Dankbetuiging in de Leeuwarder Courant van 24 maart 1949



Afbeelding 4 De Zuiderkruis

Volgens de site www.troepentransportschip.nl zou hij samen met het 4e regiment infanterie, 6e bataljon zijn meegereisd, zijn eigen eenheid was de 42e Zelfstandige Infanterie Brigade. Op de Zuiderkruis zaten 812 manschappen van de Koninklijke Landmacht en 90 van het KNIL. Het was een omgebouwd vrachtschip. Het sloependek was voor de officieren, het achterdek voor de sergeants en het voordek voor de korporaals en soldaten. Er waren standees (stapelbedden) van wel vijf hoog en sommige sliepen op losse matrassen op de grond. er werd in ploegen gegeten, waarbij je maximaal twintig minuten had om de maaltijd weg te werken.

De reis zal waarschijnlijk in Assen begonnen zijn en dan naar Rotterdam, de Merwehaven. Het afscheid zal emotioneel geweest zijn. Veel familieleden stonden aan de kade om hun man, zoon of broer uit te zwaaien. Het muzikaal afscheid werd verzorgd door de Stafmuziek uit Assen.

De reis ging via Vigo, Port Said, Aden, Sabang en de haven van Batavia.







Afbeelding 5 De route van de Zuiderkruis

Er was vertier aan boord, maar er werd ook les gegeven in Maleis, godsdienst en er was zelfs boksles. Er werd natuurlijk veel gekaart. Het was immers een lange reis.

Het 426e B.I. (6-4 R.I.) werd na aankomst in Indië op 17 april 1949 naar Djocjakarta en omgeving verplaatst, ter aflossing van het OVW-Bataljon 1-15 R.I. Het bataljon was gevormd uit dienstplichtigen van de lichting '48-2. Tijdens de reis naar Indië veranderde de bestemming van het bataljon van Sumatra in Midden-Java. Na aankomst te Semarang werd het bataljon ondergebracht op Djatingaleh.

Het Bataljon koos als teken voor het verblijf te Djocja een mouwembleem met de boeroeng marak (of ook wel Garoeda), een dubbelkoppige pauw, een van de symbolen van de sultan van Djokja. De ster symboliseert het bataljon, de kometenstaarten de beschermende paraplu boven de stad. De vorm en hoofdkleur (zwart) zijn gekozen omdat dit schild op afstand overeenkomst zou hebben met dat van 1-15 RI. Men had namelijk in het desbetreffende gebied een heilig respect voor laatstgenoemd wapenschild. 

Meindert zat bij de afdeling Welfare. Al lange tijd werd het belang onderkend om militairen in “conditie” te houden, niet alleen lichamelijk, maar ook geestelijk. Alleen zo kon hij optimaal functioneren in een situatie van langdurig gevaar en spanning. Sport, spel, muziek, ontspanning en de mogelijkheid tot het volgen van een opleiding maakten daarom een belangrijk deel uit van het dagelijkse leven van de soldaat in Indië.

Na de oorlog werd binnen de Koninklijke Landmacht de “R.A.O” (Recreatie en Algemene Ontwikkeling) opgericht. Dit was de opvolger van het vooroorlogse “O. en O.” (Ontwikkeling en Ontspanning). In Indië werd de R.A.O. samengevoegd met de Welfare, dat eigenlijk een dienst was van het Knil. Op 20 april 1948 werd bij order van de Legercommandant de naam gewijzigd in “Dienst Welzijnsverzorging”. Hieronder vielen de R.A.O, Cadi (Cantinedienst) en de Welfare. Echter de naam Welfare bleef bij de soldaten als standaard in gebruik, met als belangrijkste herkenning het embleem van “Wimpie Welfare”. 



Afbeelding 6 Mouwembleem ontworpen door 2e Luitenant Meindert Gerbenzon

Meindert heeft het embleem  ontworpen. Hij was inmiddels 2e Luitenant. Het embleem is ingevoerd in 1950. In de Leeuwarder Courant van 21 april 1969 werd aan dat feit aandacht besteed. Het is nu onderdeel van de regimentsverzameling van Brigade en Garde Prinses Irene. 
 


Afbeelding 7 Artikel in de Leeuwarder Courant van 21 april 1969

In Indië heeft hij zich kennelijk niet verveeld,  blijkens een artikel in “De locomotief”, van 21-02-1950 gaf hij een demonstratie in jiu-jitsu.

Ondanks de inspanningen van het Nederlandse leger ging de dekolonisatie voort en ook Meindert  kwam met het troepentransportschip General M.L. Hersy vanuit Tandjok Priok weer aan in Rotterdam, vermoedelijk op 6 juni 1950. Het schip had toen 1588 mannen van de Koninklijke Landmacht, 15 van het KNIL, 1 marinier en 3 burgers aan boord.


Afbeelding 8 Artikel in Leeuwarder Courant van 22 mei 1950



Afbeelding 9 Het troepentransportschip General M.L. Hersey

Meindert woonde toen in de Tramstraat 3 in Leeuwarden. Hij is in 1953 bevorderd tot reserve eerste luitenant bij het regiment infanterie Johan Willem Friso te Assen.


Afbeelding 10 Bevordering tot reserve eerste luitenant bij regiment infanterie Johan Willem Friso

Meindert is later architect geworden en was lid van de odd fellows. Net als andere familieleden kon hij goed tekenen. Zie onderstaande tekening van de toren van Nes op Ameland.


Afbeelding 11 Tekening van de toren van Nes, Leeuwarder Courant 21 oktober 1988

Verder was hij voorzitter van de Leeuwarder zwemclub en van de Karting Club Leeuwarden.


Afbeelding 12 Links op de foto M. Gerbenzon

Hij is op 8 oktober 1991 overleden. Hij ligt begraven op de Noorderbegraafplaats.

    

Afbeelding 13 Artikel in de Leeuwarder Courant van 8 oktober 1991 

Geraadpleegde literatuur en bronnen:

- Nieuwsblad van het Noorden 28 maart 1966. en A Collectie Troepenverschepingen van en naar Nederlands-Indië, 1945-1952, (1955), archiefnummer 280.

- www.troepentransportschip.nl

- http://www.indie-1945-1950.nl/web/Diversen/welfare.htm 

- https://www.tijgerbrigade.com

- http://www.fuseliers.nl/regimentsverzameling/beleidsplan-en-verslagen 

- www.hetdepot.com

- “De locomotief”, Semarangsch Handels- en advertentie-blad

- Leeuwarder Courant 22-05-1950, p. 2 

- De Heerenveensche koerier 23-05-1950

- Leovardia 21, 2006

- Leeuwarder Koerier 13 februari 1946

- Leeuwarder Courant 14 september 1946

- Leeuwarder Courant 21 oktober 1988

- Leeuwarder Courant 8 oktober 1991

- Leeuwarder Courant 21 april 1969

- www.sepatoeroesak.nl

- Provinciale Drentsche en Asser Courant 23 oktober 1953; 27 januari 1947

- Naar Indonesië en weer terug. Transport van een expeditieleger (1945-1951), Aart Ruijter

Het zesde strand

Het vergeten zesde strand Een paar jaar geleden ben ik met het gezin naar Bretagne geweest, op vakantie. Omdat we er toch dichtbij waren zij...